Wanneer gebruik je 'gebeurt'?
De Nederlandse taal zit vol met werkwoordsvormen die veel op elkaar lijken, maar net even anders worden gebruikt. Eén van die veelgemaakte fouten is het verschil tussen ‘gebeurt’ en ‘gebeurd’. Laten we beginnen met het woord ‘gebeurt’. Dit is een vervoeging van het werkwoord ‘gebeuren’ in de tegenwoordige tijd. Je gebruikt ‘gebeurt’ wanneer je praat over iets dat nú aan de gang is of regelmatig plaatsvindt. Het onderwerp is dan vrijwel altijd ‘het’.
Een voorbeeld hiervan is: 'Wat gebeurt er allemaal?' Hier vindt de actie in het heden plaats en is ‘gebeurt’ correct gebruikt.
Wanneer gebruik je 'gebeurd'?
‘Gebeurd’ is de voltooid deelwoord vorm van het werkwoord ‘gebeuren’. Je gebruikt deze vorm wanneer je praat over iets dat al heeft plaatsgevonden. In combinatie met het hulpwerkwoord ‘hebben’ of ‘is’, gebruik je deze vorm om de voltooid tegenwoordige tijd te vormen.
Bijvoorbeeld: 'Er is gisteren iets vreselijks gebeurd.' In deze zin zie je dat het gaat over een gebeurtenis in het verleden. Het hulpwerkwoord ‘is’ vertelt ons dat de voltooid deelwoord vorm ‘gebeurd’ nodig is.
Waarom maken veel mensen deze fout?
De verwarring tussen ‘gebeurt’ en ‘gebeurd’ komt vaak doordat beide vormen qua uitspraak erg op elkaar lijken. Bovendien zijn mensen geneigd om sneller uit te gaan van wat ze horen in plaats van te letten op werkwoordregels. De spellingcontrole in programma’s als Microsoft Word of op de telefoon helpt ook niet altijd, want beide vormen zijn op zich correcte Nederlandse woorden. Het hangt dus echt van de context af of je het goed schrijft.
Een handige tip om het verschil te onthouden
Een eenvoudige tip: als je het over iets hebt dat nu gebeurt of regelmatig voorkomt, gebruik dan ‘gebeurt’ met een t. Als het gaat over iets dat in het verleden is gebeurd én je kunt ervoor het hulpwerkwoord ‘is’ of ‘heeft’ zetten, kies dan voor ‘gebeurd’ met een d.
Test jezelf maar eens met deze twee zinnen:
'We weten niet wat er morgen gebeurt.' Juist, in de tegenwoordige tijd, dus ‘gebeurt’.
'Het is gisteren laat gebeurd.' Hier gaat het over een gebeurtenis in het verleden, dus ‘gebeurd’.
Waarom is dit belangrijk?
Correct taalgebruik maakt je tekst niet alleen begrijpelijker, maar oogt ook professioneler. Of je nu informeel een appje stuurt of formeel een e-mail schrijft, de juiste werkwoordsvorm gebruiken helpt je boodschap duidelijk over te brengen en voorkomt verwarring. Bovendien laat het zien dat je de Nederlandse taal beheerst, iets wat nog altijd belangrijk is – ook in het tijdperk van social media en snel tikwerk.
Hopelijk is het verschil tussen ‘gebeurt’ en ‘gebeurd’ nu een stuk duidelijker.