De teleurstelling van de beloofde snelheid
U kent het wel. U heeft een nieuw, supersnel internetabonnement afgesloten, misschien wel 100 of 500 megabits per seconde. Maar wanneer u een snelheidstest doet, blijkt de werkelijkheid vaak flink tegen te vallen. Soms haalt u maar de helft, of zelfs minder. Dit is een van de meest voorkomende frustraties onder internetgebruikers en het roept de vraag op: is de provider wel eerlijk? Het antwoord is genuanceerd, want er zijn meerdere dagelijkse factoren die de snelheid tussen de centrale en uw apparaat verlagen. Het begrijpen van deze factoren helpt u om realistische verwachtingen te scheppen en soms zelfs om de snelheid te verbeteren.
De kleine lettertjes in uw contract
Wanneer u een abonnement afsluit, staat er bijna altijd ‘tot’ voor de snelheid die wordt vermeld. Uw provider adverteert met de theoretisch maximale snelheid die uw aansluiting kán behalen. Dit is de snelheid onder ideale omstandigheden, vaak gemeten op hun eigen netwerk en niet bij u thuis. De werkelijke snelheid die u minimaal moet ontvangen, de ‘minimaal gegarandeerde snelheid’, is vaak een stuk lager. Het verschil tussen die maximale en minimale snelheid wordt veroorzaakt door externe en interne factoren die de provider niet direct in de hand heeft.
Waar verdwijnt de rest van de snelheid?
Er zijn twee hoofdoorzaken waarom die topsnelheid niet bij uw laptop of smartphone aankomt: fysieke beperkingen en de efficiëntie van uw eigen thuisnetwerk.
Fysieke beperkingen en afstand
Bij traditionele koperkabels (DSL) is afstand de grootste vijand. Hoe verder uw huis van de wijkcentrale staat, hoe meer signaalsterkte en dus snelheid u verliest. Zelfs de kwaliteit van de bedrading in uw straat en in uw eigen huis speelt mee. Glasvezel heeft dit probleem veel minder, maar ook dan kan de apparatuur van de provider of de drukte op het gehele netwerk tijdens piekuren – bijvoorbeeld ’s avonds als iedereen Netflix kijkt – leiden tot een tijdelijke vertraging.
De impact van uw thuisnetwerk
Zelfs al komt de volle snelheid uw huis binnen via de hoofdaansluiting, dan nog moet die snelheid verdeeld worden. De meeste mensen gebruiken Wi-Fi, en Wi-Fi is veel minder stabiel en sneller dan een directe kabelverbinding. Oude routers, dikke muren, de afstand tot de router, en zelfs de Wi-Fi signalen van de buren kunnen allemaal interferentie veroorzaken. Bovendien, als u tien apparaten tegelijk op de Wi-Fi heeft (telefoons, tablets, slimme lampen), moet de bandbreedte worden verdeeld. Dit betekent dat één enkel apparaat nooit de volledige beloofde snelheid zal halen, omdat deze gedeeld wordt met alle andere actieve apparaten.
Wat kunt u zelf verbeteren?
Om zo dicht mogelijk bij de beloofde snelheid te komen, zijn er een paar stappen die u zelf kunt ondernemen. Ten eerste, test altijd de snelheid via een bekabelde verbinding direct naar de router. Dit elimineert de Wi-Fi-factor. Ten tweede, zorg ervoor dat uw router niet te oud is en ondersteuning biedt voor de nieuwste Wi-Fi standaarden. Ten slotte, bedenk dat alledaags gebruik zoals streamen in 4K of grote bestanden downloaden, veel capaciteit kost. Als u merkt dat de snelheid consistent laag is, neem dan contact op met uw provider. Zij kunnen de lijn doormeten en zien of de ‘tot’ snelheid onrealistisch is voor uw aansluiting, of dat er een probleem in het netwerk zit dat zij kunnen verhelpen.
